Bij soortgerichte acties worden concrete impulsen gegeven om meer en betere leefplaatsen te bieden en bestaande biotopen te bewaren, te verbinden en te verbeteren voor typische fauna en flora in het Meetjesland.
1. Egels gaan 's nachts op scharrelronde. Overdag slapen ze op een beschut plekje. Tijdens de winterslaap verliezen egels tot 40% van hun lichaamsgewicht. Hun lichaamstemperatuur, ademhaling en hartslag dalen en hun spijsvertering stopt.
2. De luidruchtige stekelbol in je tuin kan wel een snelheid van 2 meter/seconde halen en legt zo enkele kilometers af per nacht. Egels houden van gebieden met afwisseling tussen struiken, bomen (dekking bij gevaar) en open graszones (voedsel).
3. Egels leven in hun eentje. Alleen in de voortplantingsperiode komen ze even samen voor een korte ‘romance’. Ze paren héél voorzichtig! Moederegel heeft 4-7 kaalgeboren jongen. Een uur na de geboorte komen de stekels door de huid heen.
4. Een volwassen egel heeft ongeveer 8000 stekels op zijn rug en flanken, stugge haren op de rest van zijn lichaam en weegt tussen de 800 en 1200 gram.
5. Egels zijn nuttige dieren en eten tot 40 slakken per nacht. Ze eten ook kevers, regenwormen en rupsen, maar ook jonge muizen, amfibieën en vogeltjes.
6. De egel is ons enige zoogdier dat zich helemaal kan oprollen dank zij de sterk ontwikkelde spierlaag die net onder de huid van de stekels zit.
7. Egels kunnen tot 8 jaar worden, maar meestal halen ze het eerste levensjaar niet. De leeftijd van een dode egel kan worden vastgesteld door de groeilijnen in de onderkaak te tellen, net zoals we bij bomen jaarringen tellen.
8. Soms smeren egels hun stekels in met bepaalde stoffen uit hun omgeving, zoals hondenpoep en planten. Dit vermengen ze eerst met hun speeksel tot een smeuïge brij. Het is niet duidelijk waarom egels dit doen.
9. In de middeleeuwen werd gedacht dat de lichaamsdelen van egels geneeskrachtig waren tegen steenpuisten. Ze dachten ook dat egels fruit uit de boomgaard stalen en die op hun stekelrug vervoerden en dat egels ’s nachts melk uit de uiers van koeien zogen.
10. Wereldwijd zijn er 17 soorten egels. Egels en stekelvarkens zijn geen familie van elkaar: egels zijn insecteneters, stekelvarkens zijn knaagdieren. Soms zie je wel eens een albino-egel.
TIP 1
Ruige hoekjes! Laat bladeren, takken of boomstronken in de tuin liggen. Onder een takkenwalletje of composthoop kunnen ze een nest maken. Je kunt ook een egelhuis aankopen of er zelf eentje in elkaar timmeren. RLM kan je hierbij helpen (info@RLM.be).
TIP 2
Voor je de composthoop, tuinafval, oude bladeren of takken opruimt, controleer je best of er geen egel onder woont. Laat egelnesten in de winter met rust: verstoring is energieverspilling. Maak borders niet winterklaar maar laat gewoon de bladeren liggen en afgestorven bloemstengels
staan tot in de lente.
TIP 3
Een egel heeft veel ruimte nodig. Zorg ervoor dat egels je tuin kunnen verlaten. Kies voor een haag of houtkant. In een omheining komen veel egels vast te zitten. Heb je er toch een, knip dan in elke hoek een paar tralies weg uit de tuindraad. Maak in een houten omheining aan elke kant een egelpoortje van 15 x 15 cm.
TIP 4
Robotmaaiers zijn een groot gemak, maar niet zonder gevaar. Vooral jonge egeltjes komen al eens om het leven door zo'n maaier. Zeker 's nachts is het risico groot. Inspecteer je tuin dus goed vooraleer je de maaier aanzet en laat hem even staan als je egelsnuitjes ziet opduiken.
TIP 5
Egels zijn goede zwemmers, maar verdrinken toch soms in tuinvijvers met steile oevers. Leg een ruw loopplankje in je vijver, of zorg voor een schuine oever, zodat egels er op eigen kracht uit raken. Ook andere dieren, zoals padden en kikkers, maken er graag gebruik van. Zorg eventueel voor een waterbakje.
TIP 6
Geef egels nooit melk! Ze kunnen geen lactose verteren, krijgen diarree en kunnen sterven aan uitdroging. Kattenbrokjes vinden ze wel lekker. Voorzie fruit, gemengd met muesli of pindakaas. Ook een rauw eitje slurpen ze gretig naar binnen. Gebruik geen slakkengif of insecticiden. Egels eten heel wat kleine beestjes. Ze zijn dus gevoelig voor prooien die aan gif werden blootgesteld.
TIP 7
Hang een net over de moestuin hoger dan 30 cm, zodat egels er niet in verstrikt raken. Dek putten of keldergaten af met een rooster. Zo voorkom je dat een egel erin valt en zich verwondt of van honger omkomt.
TIP 8
Zieke egels hebben meestal teken, vlooien of diarree, lopen wankelend, niezen of hoesten. Soms raakt hij verstrikt in een tuindraad of werd gebeten door een hond. Je neemt dan best contact op met: VOC MERELBEKE (Tel. 09 230 46 46), Opvangcentrum voor Vogels en Wilde Dieren, die jaarlijks 300 à 400 egeltjes opvangen.
TIP 9
Met een cameraval ontdek je vlug of er een egel in je tuin zit.
TIP 10
Pimp je tuin egelvriendelijk op: maak met de kids bordjes met ‘egelwegel’ , ‘egelpoort’, ‘egelpad’,
egeltunnel’, ‘egelhome’…
Bij soortgerichte acties worden concrete impulsen gegeven om meer en betere leefplaatsen te bieden en bestaande biotopen te bewaren, te verbinden en te verbeteren voor typische fauna en flora in het Meetjesland.
Alle hens aan dek voor onze ‘boerennatuur’ en onze akkervogels, want het gaat niet goed met de akkervogels in Vlaanderen. De Veldleeuwerik ging in 20 jaar maar liefst 95% achteruit! Met de andere akkervogels is het al niet veel beter gesteld.
De kerkuil komt aan zijn naam door zijn associatie met kerken, nog steeds hun favoriete broedplaats. Vroeger joeg dit witte spook dat de nacht doorkliefde met een ijzingwekkende schreeuw de mensen de stuipen op het lijf. Nu is het een geliefde kerk- en schuurbewoner dat op zeer efficiënte wijze komaf maakt met muizen in de omgeving.
Zwaluwen: klein, frivool maar dapper! Iedereen vindt zwaluwen schattige vogeltjes, met hun smokingpakje en hun druk gekwetter. We weten ondertussen ook dat het niet goed gaat met deze lentebodes die elke dag duizenden insecten verorberen. Hun achteruitgang heeft verschillende oorzaken: zowel de lange Afrikareis om te overwinteren, als de veranderingen in de landbouwactiviteiten, het verminderde voedselaanbod en het gebrek aan geschikte nestlocaties. Water in de buurt is ook onontbeerlijk voor de nestbouw.
Door de jaren heen hebben veel poelen hun functie als veedrinkplaats verloren en verdwijnen ze uit het Meetjeslandse landschap. Naast de intrinsieke landschappelijke waarde vormen deze karakteristieke kleine landschapselementen ook waardevolle biotopen voor amfibieën, oever- en waterplanten, maar ook voor vogels, libellen, ...
Een poel of ‘put’ was oorspronkelijk een drinkplaats voor het vee. Nu onderhouden en graven we nieuwe poelen om hun landschaps- en natuurwaarde. Onder meer heel wat kikkers en salamanders vinden er hun thuis. Voeg zelf geen vissen toe, want zij verorberen de larven van waterdieren. Staat er water in je poel, dan komt het leven vanzelf.
Regio Meetjesland is zeer divers en ook rijk aan enkele bossen. Het Drongengoedbos is onder andere het grootste aaneengesloten boscomplex in Oost-Vlaanderen. Daarnaast vinden we in het Meetjesland het Provinciaal Domein het Leen, de Lembeekse bossen en de Kwadebossen, Keigatbos, Kallekesbos, Reesinghebos, Torrebos en Zegbroek-Kattenbos.
Een aantal natuurgebieden uit onze regio zijn extra beschermd door Vlaanderen en Europa. In deze ‘habitatgebieden’ leven dieren en planten die elders nog maar weinig plek vinden. De habitatgebieden zijn deel van het Europese ‘Natura 2000 netwerk’, met bijhorende natuurdoelen om hen verder uit te breiden en te versterken.
Bunkers en kerkzolders vleermuisvriendelijk maken of hoe samenwerking loont! Kerkfabrieken, pastoors, de bunkerbeheerders/eigenaars, ANB, Waterwegen en Zeekanaal, Natuurpunt, JNM en RLM sloegen de handen in elkaar en ijverden voor bescherming van de leefruimte van vleermuizen in het Meetjesland. Aandacht ging vooral naar de kraamkolonies op kerkzolders, winterverblijfplaatsen in bunkers en ecologische verbinding met de bosgebieden.
Het Meetjeslandse krekengebied blijft nog altijd een belangrijk broedgebied voor de Bruine kiekendief. Het INBO (Instituut voor Natuur en Bosonderzoek) heeft hier al enkele jaren een project om de jongen te wingtaggen, zendertjes te bevestigen bij een aantal vogels, het trek- en foerageergedrag te bestuderen.
Om hun voortplantingspoel te bereiken moeten amfibieën zich aan een gevaarlijke oversteek wagen. De belangrijkste poel in het Landschapspark Drongengoed ligt vlakbij de Drongengoedweg. Heel wat kikkers, padden en salamanders moeten op hun tocht deze weg kruisen en daardoor eindigt voor veel beestjes de weg naar een nieuw leven helaas onder de wielen van de auto's.
Vlinders zijn naast frivole fladderaars ook belangrijke bestuivers van bloemen. Ze zijn verzot op nectar en die vinden ze in bloemen. Volwassen vlinders zijn niet zo kieskeurig en drinken nectar van verschillende bloeiende inheemse plantensoorten. Rupsen daarentegen, voeden zich maar met één of enkele soorten.
Het Meetjeslands krekengebied is een open poldergebied met daarin kreken, dijken en afwateringsgrachten. De kreken hebben een hoge ecologische waarde, ze maken dan ook deel uit van het Natura 2000-gebied ‘de Polders’.
In het voorjaar worden de huismussen weer geteld (www.mussenwerkgroep.be, Vogelbescherming Vlaanderen). Huismussen waren nog nooit zo schaars als vandaag. Hun aantal is de laatste decennia vrijwel gehalveerd. Niet alleen in Vlaanderen maar in heel Europa en zelfs Azië bemerkt men deze trend. Ook de groepsgrootte neemt geleidelijk af. De verklaring moeten we wellicht zoeken in het verdwijnen van open ruimte en natuur in het landschap, te ‘propere’ tuinen en renovaties waarbij geen ruimte meer is voor nesten.
Het platteland kan heel wat ecosysteemdiensten leveren. De meest gekende ecosysteemdiensten zijn bestuiving en natuurlijke plaagbeheersing. De soorten die deze diensten leveren, helpen bij de beheersing van ziektes en plagen en het bestuiven van heel wat gewassen en planten. We zoeken naar win–winsituaties voor een duurzaam platteland via de uitwerking van een geïntegreerd faunaplan.
Na hun winterslaap trekken padden, kikkers en salamanders massaal naar hun voortplantingspoelen. Daar zijn ze zo honkvast aan verbonden, dat ze geen rekening houden met het moordend verkeer.
Kamsalamanders zijn onze grootste inheemse watersalamanders, de soort geniet Europese bescherming en vanuit Vlaanderen loopt er een soortbeschermingsprogramma.